nl en
kleurpotlood en aquarel op papier, 150 x 120 cm
kleurpotlood en aquarel op papier, 150 x 120 cm
aug. 25

Wie is Solvanus Liebherr?

gedicht Liesje Schreuders:
Wie is Solvanus Liebherr?

Gespreksverslag van Sitske Hunst, zorgmedewerker
Vul hier de datum in
Vul hier het klantnummer in
Geef een korte beschrijving van het gesprek
Waren er nog opvallende zaken
die je niet onvermeld mag laten?
Zet hier je handtekening

1
Hij is een hij, hem, zijn en komt uit een ei
uit de tuin van Leni Riefenstahl
in het Beierse Pöcking

Hij is op driejarige leeftijd gevlucht en nu veilig
op de zorgboerderij
van oma Siets met zijn broer/zus Juni

Hij schuwt de tegenstellingen niet
want verschil moet er zijn

Een bekende eigenschap van deze soort
(onder-ondersoort enzovoort
van de antagoniet) is dat ze zijn
kleine driftkikkers

2
Zijn moeder vloog eens uit een droom
terug naar de berg waar zij haar nest had
Zij was zo mooi als de bron
die ontspringt of niet en die
vanzelf lijkt op te borrelen omhoog
als een stroom die nooit begon maar in het geheim
in de woeste westerse wateren van de tijd
de verteltijd de vertelde tijd
kleine bosgeestjes baarde en daarna opdroogde
van verdriet omdat iedereen haar kwalijk nam
dat zij zo ongrijpbaar was
en alles steeds van naam veranderde

3
Aimée ze trouwde met de God van de Zee
Zij kregen één kind: Solvanus Liebherr
sterrenkijker streekbewaker
– Sitske wil jij even wat koffie halen voor de Ma...
– Nee, ik ben even bezig, nu, even niet, nee
Solvanus is het kind van de God van de Zee
handelaar in opwindspeelgoed

goud en gebaren

Nee, nee, nee
mijn biologische vader was God
en handelaar in gouden gebaren
maar mijn niet-biologische vader
heette Nufterik Liebherr, strafrechtadvocaat
Inderdaad, zo iemand, daar heb je veel meer aan

4
Aimée vloog terug uit haar droom naar de berg
waar zij haar nest had
De droom was uit, ze was zo moe
als een berg zonder handen voor het toedekken
Ze vouwde haar grote rode vleugels om zich heen
en sliep in, heel alleen
Het ei (dat zij had achtergelaten toen ze naar beneden moest)
was nog warm
Ze nestelde behaaglijk zich goed
en voelde het hard toen het groeien moest tegen
dat deel van haar lijf dat geen naam heeft bij mensen,
maar bij vogels wel, de taal die Solvanus
eens heeft leren spreken maar intussen is vergeten
In sommige dialecten zegt men 'broedsel'
in andere 'braadsel'
De fase in het uitbroeden
die volgt op vogelen is hemelen
Een taal kun je niet vergeten, dat is waar,
maar een taal die niet bestaat, dat weet je...


5
Toen hij drie jaar was, ging Solvanus op avontuur
Hij wilde gaan spoorzoeken in het bos
Spoorzoeken spookzoeken lijken op elkaar
Algauw vond Solvanus een spook met wie
(of waarmee) hij bevriend raakte (wat denkt u,
was het een menselijk onmens, vuig
vriendelijk of wrekend geval?)
Hierna volgt de dialoog van Solvanus met het spook
Met dien verstande dat het een reconstructie is
geen echte opname

Kijkt en luistert u mee!


6
Solvanus en het spook

Het spook
Nee Solvanus ik ben niet je vader
die om wraak roept in de kerker
van het tuincentrum
Ik ben niet je moeder
die je bloed wel kan drinken
in de keuken van de taveerne
in Bekkersby
Ik ben niet de schim van alle beesten
die je hebt gegeten
het communisme
een soldaat of amazone

(Wahtever – Ik ben niet Whatever
Ik ben geen spleetje in de tijd
tussen de tanden van de meid
die je afwijst zoals een moeder-
vogel haar naar mens ruikend eitje)

Ik ben niet je kinderwens
en ook niet dat ene beeldje
dat je hebt gestolen in de musem-
winkel van het Moma of was het bij
je opa in de Albert Heijn

Ik zou het allemaal kunnen zijn
Maar wat ben jij?

Solvanus
Ik ben het gebroedsel
Da capo a fine
zonder strandschelp op het geslachtsdeel
zonder strandschelp op het geslachtsdeel